30 augustus 2009

DNA-douche.

De oplossing tegen winkeldiefstallen lijkt gevonden. Alleen moet één en ander nog uitgetest worden.
Eind 2008 kregen ondernemers uit Amsterdam-Zuid een apparaatje dat boven hun winkeldeur moet bevestigd worden. Wanneer de overvallers de winkel verlaten worden ze ondergespoten met een onzichtbare chemische stof. Die stof bevat een unieke dna-code. Hiermee kan de politie dan aantonen dat een verdachte in de winkel is geweest. ‘Dievenpoeder’ wordt het in de volksmond al genoemd. De politie heeft het over een ‘DNA-douche’.
De spray is niet afwasbaar en blijft ongeveer een week zitten. Met behulp van een UV-lamp kunnen de handhavers van de wet zien dat iemand besproeid is. Met speciale apparatuur kan vervolgens de code gelezen worden. In Rotterdam en Amsterdam wordt volop geëxperimenteerd met dit nieuwe beveiligingssysteem. Al meent de politie dat detectiepoortjes, alarminstallaties en videobewaking nodig blijven.

24 augustus 2009

Broodje aap.

Van sommige verhalen vraag je je weleens af of ze echt gebeurd zijn of dat ze thuishoren in de categorie ‘broodje aap’.
Voor de Vlaamse lezers die wellicht minder vertrouwd zijn met deze in Nederland meer ingeburgerde term: dit is de ietwat grappige benaming voor een moderne sage of stadslegende. Vaak gaat het om een gruwelijk volksverhaal dat rondverteld en aangedikt wordt (met variaties; de attributen willen wel eens veranderen).
Nooit is duidelijk is of het nu waar of niet waar is, omdat het juist logisch opgebouwd lijkt. Het ‘broodjeaapverhaal’ speelt in op universele angsten en duikt over de hele wereld op als een soort mythe. In de kroeg en op verjaardagen zijn dergelijke verhalen dan ook erg populair.
Een bekende mythe is deze: iemand werd op het toilet bedwelmd met chloroform. Vervolgens werd hij ontdaan van zijn nieren en na een week in het park achtergelaten.
Ook populair is deze theorie: bevrucht een apenvrouwtje met menselijk sperma, en ziedaar de wandelende missing link in de evolutieleer. Serieuze onderzoekers lachen hiermee maar dergelijke verhaaltjes prikkelen blijkbaar de fantasie (van bijvoorbeeld filmers).
Volgens sommige wetenschappelijke onderzoekers zijn deze `moderne sprookjes' goed, omdat je er `streetwise' van zou worden.

De benaming ‘broodje aap’ verwijst naar de titel van een boek van de Nederlandse schrijfster (van Amerikaanse afkomst) Ethel Portnoy (Broodje aap. De folklore van de postindustriële samenleving, 1978), in 1992 gevolgd door ‘Broodje Aap met’.
De neerlandicus Peter Burger trad in datzelfde jaar in het spoor van Portnoy door een gelijkaardige bundeling van `moderne sagen' uit te brengen: ‘De wraak van de kangoeroe’.
In de Angelsaksische wereld noemt men dit soort verhalen een ‘urban legend’ of een ‘foaf’ (een samentrekking van ‘friend of a friend’: (een verhaaltje) doorgegeven door de ene vriend aan de andere). Deze laatste term is een bedenksel van de Ierse auteur Rodney Dole. Hij gebruikte de uitdrukking voor het eerst in 1978 in zijn boek over hedendaagse stadslegendes: ‘The tumour in the whale’.

20 augustus 2009

Duitse jeugdtaal.


Duden, de Duitse tegenhanger van Van Dale, komt in het najaar met een woordenboek over de Duitse ‘Szenesprachen’. Onze oosterburen hebben blijkbaar iets met jeugdtaal want om de twee à drie jaar verschijnt er wel een naslagwerkje rond het taalgebruik van jongeren. Sedert maart 2009 staan er al heel wat bijdragen (1.585 om precies te zijn) op een internetportaal:
http://www.duden.de/deutsche_sprache/szenesprachen/ .
Een paar kersen uit de taart: Eurodance; Dubstep; Kaltgetränk; aufkitschen; Schwachmane; Politclown; Generation Praktikum. Alles werd mooi gerangschikt onder een bepaald thema: Essen & Trinken; Beauty & Fashion; Musik & Popkultur; Lifestyle & Wohnen; Computer & Technik enz. De mooiste woorden en uitdrukkingen worden nu door Duden gebundeld. Te koop voor een scheet en drie knikkers (€ 15,40). Waar blijft Van Dale met een gelijkaardig boek?
Duden - Das neue Wörterbuch der Szenesprachen. Paperback. 192 p.
ISBN-10: 3411710926
ISBN-13: 9783411710928

14 augustus 2009

Retrotalk.


Weet iemand nog wat ‘ping pongdiplomatie’ betekent en waar het ‘Stockholm syndroom’ naar verwijst? Zijn veel van de geschiedenislessen uit het middelbaar onderwijs stilaan van je harde schijf gewist, vrees niets: je hoeft niet meteen terug naar school!
Er bestaan goede boeken om het geheugen weer op te frissen. Voor elke Amerikaan die in een intellectuele conversatie ook wel eens een scheet wil laten, is er nu het prachtige boek ‘I love it when you talk retro’. Europeanen met een gevorderde kennis van het Engels kunnen echter meegenieten.
Retrotermen zijn veel voorkomende woorden en uitdrukkingen, waarvan de herkomst vaak vergeten is. Deze termen zitten nog wel in het collectieve geheugen maar weinig mensen weten waar ze vandaan komen. Het zijn verbale fossielen die verankerd zitten in de (Amerikaans-)Engelse conversatie. Voor sommige lezers (waarvan de moedertaal het Engels is) geeft de auteur wellicht wat teveel elementaire kennis mee.
Een greep uit het aanbod: pink elephant; Casanova; bimbo; Jack the Ripper, man-bites-dog, tabloid, gonzo journalism, Stepford Wives, Dr. Strangelove, Rambo, Kodak moment, 64000 dollar question (bij ons: de hamvraag), butterfly effect.
Dit is geen hap-snap-klaarboekje. Er wordt ook geen blik modewoorden opengetrokken. Heel wat begrippen zijn ook bij ons gekend. Auteur Ralph Keyes neemt ons mee op een intrigerende en verhelderende reis doorheen het fenomeen dat ‘retrotalk’ wordt genoemd. Een aanrader voor taalfreaks.

Ralph Keyes: I love it when you talk retro. St. Martin’s Press. New York 2008 ISBN 0-312-34005-2

09 augustus 2009

Basjiboezoek.

Ooit gehoord van een ‘basjiboezoek’ of een ‘baziboezoek’(er bestaan nog andere schrijfwijzen)?
Ik ook niet, tot ik het woord tegenkwam in het boek ‘Vincent en Astrid van Gogh verdwijnen in een korenveld’ (uit 1977) van de Gentse kunstenaar, acteur, auteur (en nog een heleboel meer) Pjeroo Roobjee: “Laat af, zoon van een ongetrouwde vader. Laat dat, debiele baziboezoek! Wafelijzer!”

‘Basjiboezoek’ is een scheldwoord voor een onbeschaafd persoon, een barbaar. Meestal is het van toepassing op een buitenlander. Het is ook één van kapitein Haddocks favoriete schimpscheuten, zowel voor een rijke parvenu als voor een zondagsrijder.
Eigenlijk slaat het op een door de sultans gerekruteerde huursoldaat in het Ottomaanse leger. Letterlijk betekent dit Turkse woord ‘slecht hoofd, dwarskop’. De Basji-Boezoeks stonden bekend als uitermate wreed en afschrikwekkend (tijdens de Balkanoorlogen onderdrukten ze jarenlang de Bulgaarse bevolking). Het Militair Woordenboek (1861) van H.M.F. Landolt vermeldt Baschi-Bozuks voor Turkse ongeregelde cavalerie. Het woord komt ook in het Frans voor: bachi-bouzouk.

05 augustus 2009

Mexicaanse griep.

Sapperdeflap, het is zover! Op 4 augustus blies de eerste Nederlander de kraaienmars ten gevolge van de Mexicaanse griep.
Je kunt ook bij gebrek aan adem sterven maar dan is de paniek minder groot. Tegenwoordig durft niemand nog zijn krant lezen of het journaal bekijken zonder de angst om de oren te worden geslagen met de ‘nieuwe pest’. Als je de media mag geloven wordt 2009 een annus horribilis. Vooral in het najaar zouden veel bejaarden en jonge twintigers bij bosjes omvallen en het pierenkuiltje ingaan.
Een tijdje geleden was het nog allemaal de ‘varkensgriep’ wat de klok sloeg maar op aanraden van enkele ultraorthodoxe Israëliërs werd die term best vervangen door ‘Mexicaanse griep’. Volgens de joodse leer zijn varkens onreine dieren, vandaar.
Dit stuitte meteen op protest van de Mexicaanse ambassadeur in Israël want die alternatieve benaming zou het imago van zijn land geen goed doen.

De naam ‘varkensgriep’ bestaat al een hele tijd. Eigenaardig genoeg vinden we dit woord niet terug in de laatste editie van Van Dale. De gerenommeerde Oxford English Dictionary geeft van ‘swine influenza’ (gemeenzaam afgekort tot ‘swine flu’) een vindplaats uit 1922.
De eerste Nederlandse krant waarin we iets over de varkensgriep vernemen is de Leeuwarder Courant van 03 september 1977. Daarin staat zelfs een waarschuwing:
‘De soorten griep welke na 1930 maar vóór 1957 heersten hadden enige verwantschap met de varkensgriep. Menigeen die geboren is tussen 1930 en 1957 heeft ook nu nog in zijn lijf afweer tegen varkensgriep al wordt die ieder jaar minder net zoals trouwens bij wie 1918 heeft meegemaakt. Na 1976 is de varkensgriep nergens meer waargenomen. Maar toch adviseren de deskundigen nu al ertegen in te enten. Volgens hen zal er omstreeks 1983-1985 weer varkensgriep komen die zich net zo snel zou kunnen uitbreiden als de Spaanse griep in 1918.’
Tot zover de waarschuwing uit 1977.
De benaming ‘Mexicaanse griep’ dook voor het eerst op in maart 2009. De uitbraak van het virus begon in Mexico en breidde zich van daar snel uit naar de VS en Europa. Men had het aanvankelijk over ‘een gevaarlijke variant van de varkensgriep’.
De nieuwe term is nog maar pas ingeburgerd of enkele grapjassen hebben al een Nederlands synoniem gevonden: de ‘Tacohoest’. Uit de AD/ Haagsche Courant van 20 juni plukten we dit citaat:
‘Hij rukt het plakband aan zijn linkermondhoek los. 'Dit is tegen de Mexicaanse tacohoest! Het eerste geval in Den Haag is ontdekt. Ik ben niet van plan om het tweede te worden.'
‘Tacohoest’ is een bedenksel van shocklog GeenStijl, een rebelse Nederlandse website, die al meerdere woordvonsten op zijn naam heeft staan.
Taco is een populair Mexicaans voedingsmiddel: een (met kip of gehakt) gevulde tortilla. Sinds de jaren zestig van vorige eeuw is het in de VS ook een volkse en ietwat kleinerende benaming voor een Mexicaan. In het Amerikaans-Engels bestaan er talrijke grappige samenstellingen met dit woord. Een ‘Taco belle’ is bijvoorbeeld een Latijns-Amerikaanse vrouw terwijl ‘taco bell’ (zonder de eind-e) een spotnaam is voor de penis. Eigenlijk is dit woord een allusie op een bekende Amerikaanse restaurantketen met Mexicaans eten. ‘Taco-bender, taco-eater’ en ‘taco-head’ zijn minachtende benamingen voor een Mexicaan of Chicano. ‘Tacoland’ is een pejoratieve benaming voor Mexico. ‘Taco queen’ is een homo die graag partners heeft van Latijns-Amerikaanse afkomst. En ‘Taco Town’ kan niet anders dan de bijnaam zijn van San José.

Of de ‘Tacohoest’ ook de Van Dale zal halen weten we niet. Misschien als binnenkort de ene na de andere met de tenen omhoog gaat liggen en de paniek wereldwijd uitbarst. Nee, dat zijn geen leuke dingen voor de mensen. Eén troost: een kouwe kont hebben we binnen honderd jaar allemaal.

01 augustus 2009

Dat is de hamvraag.


Je hoort of leest deze uitdrukking nog wel eens. Bedoeld wordt: dat is de cruciale vraag; de vraag waar het allemaal om draait.
De uitdrukking dateert uit het begin van de jaren vijftig van vorige eeuw en is ontleend aan het destijds populaire familiespel `Mastklimmen', door de NCRV vier seizoenen lang (1953 - 1957) op de radio uitgezonden. De presentatie was in handen van `spelleider voor goede doelen' Johan Bodegraven. Van hem herinneren we ons de gevleugelde woorden aan het eind van het spel: `Want haalde u de ham niet uit de top, dan haalde u in elk geval uw kennis weer eens op!'
Wie het antwoord wist op de moeilijkste vraag, kreeg als hoofdprijs immers een ham! Deze vormde de top van een reeks van vijf cadeau's, tegenwoordig onvoorstelbaar nu men bij een beetje quiz gewoon met peperdure geschenken smijt. Deze radiowedstrijd werd uitgezonden toen de televisie nog in haar beginstadium verkeerde. Meedoen aan het spel was toen nog belangrijker dan prijzen in de wacht slepen.
De ‘hamvraag’ is ondertussen geen eendagsvlieg gebleken. In het Amerikaans-Engels kent men de ‘sixty-four thousand dollar question’; Fransen hebben het over ‘la question à cent balles’.