26 april 2009

Bijnamen.


Welke voetballer werd ooit de ‘zwarte parel’(the black pearl) genoemd? Hoe luidde de echte naam van Calamity Jane? Waarom werd voormalig president Nixon in de media ‘Tricky Dick’ genoemd? 
Andrew Delahunty publiceerde een paar jaar terug (bij Oxford University Press) het erg vermakelijke Dictionary of Nicknames. Maar liefst 1.800 bijnamen vind je erin terug: van historische figuren, politici, monarchen, muzikanten, sportlui, noem maar op. Maar ook plaatsen, gebouwen, gebeurtenissen en verenigingen komen aan bod. 
Bijnamen zeggen veel over de eigenschappen of kenmerken van een persoon of plaats. Dit is dan ook een fascinerende verzameling. The Oxford Dictionary of Nicknames gaat op zoek naar de redenen achter bijnamen. Bijvoorbeeld: waarom wordt België nog steeds ‘the Cockpit of Europe’ genoemd? 
Er staan overigens drie Belgen in dit bijzonder leuke boekje: Eddy Merckx (the Cannibal. Uiteraard, maar weet u ook waarom?); Gilles de Bilde (in Engeland wordt hij Bob de Bilde genoemd, een woordspeling met het populaire televisiefiguurtje Bob the Builder, bij ons gekend als Bob de Bouwer) en Jean-Claude Van Damme (the Muscles from Brussels). 
Niet alleen vind je de bijnamen alfabetisch terug, achteraan zijn nog lijstjes te vinden: o.a. van de Engelse voetbalclubs, de Britse legerregimenten, Amerikaanse staten (met hun bijnamen) en tenslotte een personenindex (hier kun je opzoeken welke bijnaam (-namen) iemand heeft en een thematische index (kunst, sport, filmwereld, misdaad enz.). 
Wie geboeid is door geschiedenis, gekruid met een snuifje humor, krijgt in dit informatieve boekje waar voor zijn geld. 

21 april 2009

These boots are made for walking.


In de jaren zeventig had je de ‘moonboots’: plompe, dik gewatteerde kunststoffen laarzen. Je kon ermee door de sneeuw lopen en ze hielden de vrouwenvoeten warm.
Wij mannen konden er niet warm voor lopen. Maar, de heer zij geprezen want nu zijn er de fuck-me-botjes: opvallende sexy vrouwenlaarzen (die tot onder de knie reiken). De mannelijke hormonen krijgen eindelijk weer vrij spel. Sommige vrouwen willen er niet dood in gevonden worden, andere gebruiken dit schoeisel als ultiem verleidingswapen.

Lezers van het weekblad Knack kozen de fuck-me-botjes in 2006 als één van de leukste, mooiste, opvallendste of meest relevante woorden. Daar had ongetwijfeld Freya Van den Bossche (voor de Nederlandse lezers van dit blog: een politica bij de Vlaamse socialistische partij, de sp.a) veel mee te maken. Haar minirok en fuck-me-botjes waren een paar jaren geleden vaak voer voor de persfotografen. De laatste verkiezingsuitslag heeft echter bewezen dat Vlaanderen genoeg heeft van uiterlijk vertoon. Dames die politiek niet voldoen aan de verwachtingen, worden blijkbaar snel afgerekend op dergelijke frivoliteiten.
De term ‘fuck-me-botjes’ kon vooral populair worden door toedoen van het radioprogramma ‘Studio Brussel’ (StuBru). In Vlaanderen is het woord inmiddels een beetje op zijn retour, in Nederland begint het beetje bij beetje populair te worden.
Eigenlijk gaat het om een vernederlandsing van het Engelse ‘fuck-me-boots’ (of –shoes), ook wel verkort tot FMB’s. ‘Hump-me pumps’ is één van de vele synoniemen.
Het Amerikaanse equivalent is de ‘throw me down and fuck me shoes’. De term suggereert dat deze laarsjes uitnodigen tot aanranding. De oudste Engelse vindplaats dateert van 1974. De oorspronkelijke ‘fuck-me-shoes’sierden de voeten van de Amerikaanse filmster Joan Crawford (1906-77), die sinds de jaren dertig parmantig op haar schoenen met sleehakken paradeerde. De ‘fuck-me-shoes’ gaan nog verder terug in de tijd.
Eerder bestond in Amerika de term ‘fuck-eyes’, een vulgairder synoniem van wat vroeger ‘bedroom eyes’ genoemd werd: slaapkamerogen of een begerige blik. Ook de fuck-me-shoes hebben die erotische uitstraling. 

17 april 2009

Smirten.

Voor de één is het gewoon vreemdgaan, voor de ander is het een nieuwe vorm van daten. 
Smirten (uitspraak: smeurten) is een combinatie van roken en flirten. Eigenlijk: een liefdesvuurtje stoken.
In Ierland, waar het rookverbod al langer van kracht is, is gebleken dat klanten die buiten roken met elkaar een praatje beginnen en dat is vaak het begin van een flirt. Versieren is niet langer een heidens karwei of een vermoeiend tijdverdrijf. Halleluja!
Op de stoep voor de kroeg lukt het vaak makkelijker. In Ierland noemt men dit fenomeen sinds 2003 ‘smirting’. Ook bij ons is het een hype aan het worden. Waar paffen al niet goed voor is. 

10 april 2009

Blik op oneindig, verstand op nul.

In sportmilieus, vooral onder wielrenners, hoor je weleens de uitdrukking ‘Blik op oneindig, verstand op nul’. Hiermee wordt bedoeld: een bepaald doel willen bereiken, zonder nog op iets anders te letten of zonder rekening te houden met bijkomende omstandigheden.
Deze zinswending dateert uit het midden van de twintigste eeuw. Ze stamt uit het soldatenslang en werd vooral in de mond genomen wanneer iemand tijdens een oefening de dingen maar over zich heen liet komen en de klus klaarde zonder zijn hersens te gebruiken. De betekenis werd na verloop van tijd ruimer: het werd een aanduiding voor een sloom persoon of voor iemand die op een weinig subtiele manier en zonder verstandelijke overwegingen te werk gaat.
In de taal van vliegeniers betekent ‘Blik op oneindig, verstand op nul’ overigens iets heel anders, namelijk ‘te veel op hebben, dronken zijn’.
Britten kennen de min of meer gelijkaardige uitdrukking 'thumb in bum, mind in neutral'.


07 april 2009

Zuchtmeisjes.

Zuchtmeisje: het klinkt als muziek in de oren en dat is het ook.
Kent u de term niet? Dan hebt u de laatste vier jaar in een grot geleefd. Voor de cultuurbarbaren onder ons: het woord slaat op een verleidelijke Franse zangeres die op een mysterieuze manier fluisterzingt, die haar vocalen een flinke erotische lading meegeeft.
Jane Birkin (wie herinnert zich nog haar wereldhit ‘Je t’aime moi non plus’ uit 1969. Jongens toch, dat waren nog eens tijden), is de peetmoeder van alle zuchtmeisjes. Maar ook Brigitte Bardot paste ooit met haar hese stem en schorre snik prima in deze traditie. Moderne Franse zuchtmeisjes zijn o.a. Barbara, Emilie, Roxanne, Emmanuelle, Charlotte, Isabelle en Lilli. 
De woordvondst is afkomstig van de Nederlandse auteur Ronald Giphart maar werd in feite populair gemaakt door Guuz Hoogaerts, popjournalist bij de Nieuwe Revu.
Guuzbourg (zo noemt hij zichzelf, als woordspeling met de naam van de populaire Franse zanger) is een grote kenner van dit soort muziek. Op internet is hij actief met de website ‘Filles sourires’ (de Franse term voor dit soort meisjes). Sinds 2007 zijn een aantal van deze kreundames verzameld op de cd ‘Filles Fragiles’. 

02 april 2009

Casinokapitalisme.

“Het casinokapitalisme moet ophouden’ kopte De Morgen op 30 maart jl.
Dit naar aanleiding van de betoging in Londen voor meer jobs, rechtvaardigheid en een agenda voor klimaatverandering. De G20 moet volgens de betogers de financiële sector strenge regels opleggen. Beursmakelaars gedragen zich de laatste jaren zoals de bezoekers van een casino. Ze nemen voortdurend grote risico’s of gokjes. Casinokapitalisme staat voor het streven naar geldgewin op korte termijn. Een minderheid verrijkt zich ten koste van een massa anderen. 

Casinokapitalisme werd voor het eerst opgenomen in de dertiende druk van Van Dale (1999) en omschreven als een ‘vorm van extreem kapitalisme, gekenmerkt door het streven naar winstmaximalisatie en individueel gewin op korte termijn’.
In de digitale persdatabank komt het woord voor het eerst voor in 1994. In de New York Times vinden we het woord echter al terug in 1987. Bedenkster van de term is wellicht Susan Strange, een prominente Britse academicus in de internationale politieke economie. Zij schreef in 1986 het boek ‘Casino capitalism’.